Een nieuwsgierig aapje

3 december 2012 - El Mirador, Guatemala

Het water stroomt langzaam van mijn hoofd naar beneden en neemt ondertussen alle vuiligheid mee. Het duurt even voor ik mij echt schoon voel, maar ondanks het koude water geniet ik ervan en denk ik terug aan de afgelopen dagen in de jungle. Ongeveer 3 jaar geleden werden er hier een paar Maya-pyramides ontdekt genaamd El Mirador en omdat alles nog onderzocht wordt, kan je er alleen te voet komen en dat duurt ongeveer zes dagen. Ok, je kan er ook met een helikopter heen, maar daar kwam ik in de jungle zelf pas achter.

Met 13 man en twee gidsen vertrokken we dinsdag naar Carmelita, dichtbij de Mexicaanse grens. Vol energie doken we de jungle in ons een weg banend door struiken, modder en laag hangende takken en daarbij muggen, slangen en enorme pinnen ontwijkende. De eerste twee dagen liepen we 25 km per dag, maar ondanks de blaren, honger en gebrek aan normale w.c.'s (een houten box met een w.c.bril die in geen jaren schoongemaakt is) hielden wij de moed erin. Tijdens de reis was er zo veel te zien, dat mijn camera overuren maakte.

Op de derde dag dropten we onze spullen in het tentenkamp en vertrokken we naar El Mirador. Enorme tempels en geweldige uitzichten over de jungle zorgden ervoor dat iedereen zijn blaren, spierpijn en andere kwalen opslag vergat. Aangezien ik niet zo'n klimmer ben, besloot ik bij de grootste tempel als eerste weer naar beneden te gaan, terwijl de rest nog foto's maakte. Eenmaal weer met beide benen op de grond plantte ik mijn met muggenbulten en mierenbeten bewerkte kont op een steen en bekeek ik mijn foto's. Opeens werd ik opgeschrikt door een luid gebrul en keek ik gauw om mij heen. Ik verwachtte dat Kingkong ergens achter een pyramide tevoorschijn zou komen en mij zou ontvoeren naar weet ik veel waar. Maar algauw spotte ik een klein zwart aapje hoog in een boom dat genoot van de groene blaadjes en ondertussen naar zijn familie brulde alsof hij wou zeggen: I looooooove groene blaadjes! Weet je ook gelijk waar de brulaap zijn naam aan te danken heeft. Maar zodra hij ons zag en wij met onze camera's en imitaties van aapgeluiden bruut zijn lunch verstoorden, ging hij er snel vandoor.

Marieshka, be carefoel! Ze monkeys may see you! Ik zucht en moet lachen. Alleen het accent al herken ik van een afstand. Jeff, een gepensioneerde Israelische tandarts uit Florida loopt voorbij de geimproviseerde douche: een paar houten planken met daar omheen een paar palen en een zwart zeil. De douche zelf is een emmer water met een kom waarmee je het water over je heen kan gooien. De kleur van het water is geel en lijkt op bouillon. Je hoeft alleen de groenten toe te voegen en voila, klaar is je soep! Toch kan het mij niet schelen. Na vijf dagen zweten en stinken kan ik zelfs deze douche waarderen. Jeff loopt door terwijl hij nog wat onverstaanbare opmerkingen maakt. Van alle mensen in de groep is hij de eigenaardigste. Hij bemoeit zich met alles en iedereen, weet alles beter, is ronduit onbeschoft naar de lokale bevolking toe en ondanks dat hij getrouwd is en kinderen heeft die ouder zijn dan ik, probeert hij op elke vrouw indruk te maken en zijn de sexuele grapjes niet op een hand te tellen. Wat hij niet doorheeft is dat hij met zijn karakter zorgt voor de juiste dynamiek in de groep.
Hey Avitar, val je de vrouwen weer lastig? Met zijn Ierse accent is Shane ook altijd herkenbaar. Deze reizende electricien trekt alle dagen stondes door de jungle en lacht daarbij om alles wat los en vast zit en eindigt elk verhaal met: I funckin'  hate Belize! Hij was ook degene die er op de derde dag achter kwam dat Jeff eigenlijk Avi heette. Het onstaan van de bijnaam Avitar heeft wat uitleg nodig.

's Avonds op de derde dag beklommen we voor de laatste keer El Mirador om van de zonsondergang te genieten. Helaas waren we war aan de late kant en moesten we een sprintje trekken door de jungle. De meesten bereikten de tempel nog voor de zon onder was, behalve Jeff a.k.a. Avi. Deze ex-militair die iedereen lastig valt met zijn overlevingstips, raakte verdwaald en kon alleen de weg terugvinden met behulp van de gids. Hoe gevaarlijk dit ook was, het werkt bij ons op de lachspieren en algauw werd hij Avitar genoemd, een bijnaam die hij niet zo leek te waarderen. Op de terugweg naar het kamp was het zo donker dat iedereen een zaklamp nodig had om de weg terug te vinden. Voorzichtig om mij heen kijkende liep ik achter de anderen aan, hopende dat we geen jaguar tegen zouden komen. Plotseling voelde ik een druppel op mijn arm. Ik dacht dat het water was, maar naar een beetje ruiken en door het licht van mijn zaklamp , kwam ik er algauw achter dat een aap mij ondergescheten had. Tuurlijk, dat heb ik weer! Blijkbaar vinden apen het niet leuk als wij hun territorium betreden en gaan ze met hun poep gooien om aan te geven wie hier de baas is. Uiteraard ben ik dan degene die ze raken.

Als ik mij omgekleed heb en weer zweet- en apenstrontvrij ben, verlaat ik de douche en loop ik door de jungle terug naar het kamp, waar iedereen al begonnen is met het verorberen van het avondeten. Morgen moeten we nog een kleine 10 km lopen en dan hebben we het gehad. De voldoening en opluchting is op ieders gezicht te zien. Een paar boomtoppen bewegen ruw heen en weeer en algauw zie ik een aapje zitten dat mij nieuwsgierig in de gaten houdt. Ik stop en bekijk hoe het aapje rustig aan de tak slingert en mij aan blijft kijken. Opeens vraag ik mij af wie hier nou echt het nieuwsgierige aapje is: hij of ik, die alle Mayatempels beklimt, alle straatjes van elk stadje verkent en elk land onveilig maakt.

Foto’s

1 Reactie

  1. Shirley:
    4 december 2012
    Hey nieuwsgierig aapje, verhaal is weer mooi en leuk om te lezen, een prachtig avontuur weer! Super Mariska